Koninklijk besluit van 9 juli 2001
Koninklijk besluit van 9 juli 2001 tot regeling van de vernietiging van de gegevensbanken van de Kruispuntbank van de sociale zekerheid en de sociale gegevensbanken of de sociale gegevens van persoonlijke aard die erin worden bewaard, in uitvoering van artikel 29 van de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de sociale zekerheid
(Belgisch Staatsblad van 17 augustus 2001)
Gewijzigd bij het koninklijk besluit van 15 september 2006 (Belgisch Staatsblad van 10 oktober 2006)
Artikel 1.
Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:
1° "de wet": de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de sociale zekerheid;
2° "instellingen van sociale zekerheid": de organen bedoeld in artikel 2, eerste lid, 2°, van de wet;
3° "de interdepartementale commissie": het interdepartementaal orgaan bevoegd voor de administratieve, technische, technologische en wetenschappelijke coördinatie in crisistijd.
Art. 2.
In oorlogstijd, in omstandigheden daarmee gelijkgesteld krachtens artikel 7 van de wet van 12 mei 1927 op de militaire opeisingen of tijdens de bezetting van het grondgebied door de vijand, kan elke Minister die bevoegd is voor de toepassing van de sociale zekerheid [de noodzaak van de vernietiging - gewijzigd bij artikel 1 van het koninklijk besluit van 15 september 2006 (Belgisch Staatsblad van 10 oktober 2006)] van de gegevensbanken van de Kruispuntbank van de sociale zekerheid en de sociale gegevensbanken of de sociale gegevens van persoonlijke aard die erin worden bewaard, ter bespreking voorleggen aan de interdepartementale commissie.
Hij kan hiertoe overgaan op eigen initiatief of op verzoek van de persoon belast met het dagelijks bestuur van een instelling van sociale zekerheid, bedoeld in artikel 2, eerste lid, 2°, a) en d), van de wet, waarover hij het toezicht uitoefent.
De Minister van Sociale Zaken kan hiertoe bovendien overgaan op verzoek van de persoon belast met het dagelijks bestuur van de Kruispuntbank van de sociale zekerheid.
[Art. 3.
De interdepartementale commissie brengt, op eigen initiatief of op verzoek van een Minister die bevoegd is voor de toepassing van de sociale zekerheid, een gemotiveerd advies uit, dat minstens betrekking heeft op volgende aspecten:
1° het maken op elektronische dragers van minstens één kopie van het informatiesysteem en in het bijzonder van de sociale gegevens van persoonlijke aard die door of voor rekening van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid en de instellingen van sociale zekerheid worden verwerkt;
2° het overmaken van de onder 1° vermelde elektronische dragers door de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid en de instellingen van sociale zekerheid aan een nader te bepalen instantie verantwoordelijk voor het in veiligheid stellen ervan;
3° de noodzaak van het vernietigen, volgens een methode die aangepast is aan het spoedeisend karakter van de situatie, van de gegevensbanken waarin sociale gegevens van persoonlijke aard worden bewaard door of voor rekening van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid en de instellingen van sociale zekerheid. - vervangen bij artikel 2 van het koninklijk besluit van 15 september 2006 (Belgisch Staatsblad van 10 oktober 2006)]
Het advies wordt overgemaakt aan de in Raad vergaderde Ministers die een beslissing ter zake nemen.
Indien de interdepartementale commissie om advies wordt verzocht door de Minister die bevoegd is voor de toepassing van de sociale zekerheid, brengt zij haar advies uiterlijk de eerstvolgende dag uit; bij ontstentenis van een advies binnen deze termijn kan de betrokken Minister [de noodzaak van de vernietiging - gewijzigd bij artikel 2 van het koninklijk besluit van 15 september 2006 (Belgisch Staatsblad van 10 oktober 2006)] van de gegevensbanken van de Kruispuntbank van de sociale zekerheid en de sociale gegevensbanken of de sociale gegevens van persoonlijke aard die erin worden bewaard, rechtstreeks bij de in Raad vergaderde Ministers aanhangig maken.
Art. 4.
§ 1. De Ministers die bevoegd zijn voor de toepassing van de sociale zekerheid maken de beslissing van de in Raad vergaderde Ministers via de bestaande informatiekanalen over aan de personen belast met het dagelijks bestuur van de instellingen van sociale zekerheid, bedoeld in artikel 2, eerste lid, 2°, a) en d), van de wet, waarover ze het toezicht uitoefenen.
De Minister van Sociale Zaken maakt de beslissing bovendien over aan de persoon belast met het dagelijks bestuur van de Kruispuntbank van de sociale zekerheid.
§ 2.
De personen belast met het dagelijks bestuur van de instellingen van sociale zekerheid, bedoeld in artikel 2, eerste lid, 2°, a) en d), van de wet, staan, in voorkomend geval, in voor de kennisgeving aan de personen belast met het dagelijks bestuur van de instellingen van sociale zekerheid, bedoeld in artikel 2, eerste lid, 2°, b) en c), van de wet, waarnaar wordt verwezen in het bijzonder repertorium van de personen, bedoeld in artikel 6, tweede lid, 2°, van de wet, dat door hun instelling wordt bijgehouden.
[Art. 5.
§ 1. De personen belast met het dagelijks bestuur van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid en de instellingen van sociale zekerheid staan in voor het uitvoeren van de in artikel 3, tweede lid, bedoelde beslissing van de in Raad vergaderde Ministers. - vervangen bij artikel 3 van het koninklijk besluit van 15 september 2006 (Belgisch Staatsblad van 10 oktober 2006)]
§ 2. Indien het beheer van de sociale gegevensbanken en de sociale gegevens van persoonlijke aard die erin worden bewaard, wordt toevertrouwd aan een persoon die werken in onderaanneming uitvoert, worden tussen de partijen van de aannemingsovereenkomst duidelijke en schriftelijk vastgelegde afspraken gemaakt met betrekking tot de uitvoering van de bepalingen van dit besluit.
Het bestaan van een aannemingsovereenkomst doet in geen geval afbreuk aan de verplichtingen die krachtens § 1 aan de personen belast met het dagelijks bestuur van de Kruispuntbank van de sociale zekerheid en de instellingen van sociale zekerheid worden opgelegd.
[§ 3. In de mate dat de beslissing van de in Raad vergaderde Ministers over bepaalde nadere regels en uitvoeringsvoorwaarden met betrekking tot de aspecten bedoeld in artikel 3, eerste lid, geen uitsluitsel geeft, mogen de personen belast met het dagelijks bestuur van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid en de instellingen van sociale zekerheid de maatregelen nemen die gelet op de omstandigheden noodzakelijk zijn om de uitvoering van de vermelde verplichtingen te verzekeren. - vervangen bij artikel 3 van het koninklijk besluit van 15 september 2006 (Belgisch Staatsblad van 10 oktober 2006)].
In elk geval moet de vernietiging tot gevolg hebben dat de sociale gegevens van persoonlijke aard volledig onbruikbaar worden.
[Art. 6.
… - opgeheven bij artikel 4 van het koninklijk besluit van 15 september 2006 (Belgisch Staatsblad van 10 oktober 2006)]
Art. 7.
Onze Minister van Werkgelegenheid, Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Onze Minister van Sociale Zaken en Pensioenen en Onze Minister van Landbouw en Middenstand zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.